Sport is een activiteit die gemeenschappen dichter bij elkaar kan brengen en een gemeenschappelijk gevoel van identiteit en doel kan bieden - of op zijn minst een gedeeld belang.
Terwijl mensen in Nederland (vooral in Amsterdam) meer sporten, zijn de meest populaire activiteiten solo. Dus wordt het effect van sport op sociale cohesie overschat?
De nieuwe hoogleraar Sportsociologie Ramón Spaaij aan de Universiteit van Amsterdam is van mening dat mensen een realistisch beeld moeten krijgen van het effect dat sport kan hebben als 'de lijm die een gemeenschap bij elkaar houdt'.
"Sport brengt samen", zegt hij, "maar het verdeelt ook."
Sociale voordelen
Sport kan een positieve invloed hebben op de sociale cohesie: het brengt mensen met verschillende achtergronden bij elkaar en leert mensen omgaan met verschillen, competitie en prestatiedruk.
"Sport wordt vaak ingezet om delinquent gedrag van jongeren aan te pakken, integratie te stimuleren en de leefbaarheid in stadswijken te verbeteren", zegt Spaaij. "Sport speelt zelfs een steeds prominentere rol in internationale ontwikkelingssamenwerking en conflictbeheersing."
Geen hele oplossing
De voordelen voor de gemeenschap van het spelen of genieten van sport mogen echter niet worden overschat. Concurrentie kan ook het slechtste in mensen naar boven halen, zoals blijkt uit recente gewelddadige incidenten in het amateurvoetbal in Nederland.
"Het is geen automatisch proces dat mensen met verschillende achtergronden samen sporten. Sommige mensen, zoals niet-westerse migranten of mensen met een beperking, lopen tegen hoge sociale en culturele drempels aan om aan sport te doen."
Sport kan dus een band tussen mensen creëren, waardoor mensen die in hetzelfde gebied wonen een echte gemeenschap worden, maar het kan ook een bron van conflict en differentiatie zijn.
Spaaij gaat tijdens zijn studie aan de universiteit onderzoek doen naar het effect van sport op de samenleving.
Bron: Universiteit van Amsterdam